Lijnen
Zoals gezegd bestaat het aanlijnen uit twee delen. We hebben in het eerste deel besproken wat de hond om heeft. In dit tweede deel bespreken we hoe de verbinding is met de begeleider via de verschillende soorten lijnen die er zijn voor uw hond.
Flexi-lijn
Een flexi-lijn vinden we absoluut ongeschikt om een hond mee aan te lijnen.
Een eerste nadeel is dat u zelf een grote kast in uw hand heeft, waar het oprolmechanisme in zit.
Verder is het gevoel van contact met de hond er op die manier zeker niet. Ook de hond zal het gevoel van contact met de begeleider missen.
Bovendien is de steeds wisselende bewegingsvrijheid die de hond krijgt erg verwarrend. De hond zal niet leren hoe het moet om netjes mee te lopen met de baas. Dat lukt alleen bij gebruik van een lijn van vaste lengte. De hond leert die lengte dan kennen.
Tot slot het grootste gevaar, de plotselinge ruk als de lijn volledig uitgerold is en de hond ineens tot stand moet komen. Ook voor de begeleider geeft dit een enorme kracht op arm en schouder.
Dat zo’n gebeurtenis zeer slecht is voor de goede begeleiding van en contact met uw hond spreekt voor zich.
Helaas komt het zelfs nog voor dat een hond aangelijnd is met een flexi-lijn aan een anti-trektuig. De ernstige (zelfs fatale) schade die hierdoor kan ontstaan aan de hond is niet moeilijk voor te stellen.
Vaste lengte lijn
Dit is de meest vriendelijke en meest duidelijke manier om uw hond aan te lijnen. De lijn heeft een vaste lengte en de hond leert zo precies welke afstand er is met de begeleider en kan zo leren binnen de grenzen van die afstand te blijven.
Vaste lijnen zijn er in diverse lengtes, breedtes en diktes. Ook de grootte van de musketonhaak voor de bevestiging is divers. Welke lijn u nodig heeft is vooral afhankelijk van de hond. Voor een kleine hond of puppy is een dunne lichtgewicht lijn met een kleine musketonhaak nodig. Voor een grote, stevige hond is een dikkere lijn met een degelijke musketonhaak beter.
U kunt bij een vaste lengte lijn de lus om uw pols dragen, waardoor de kans dat de lijn uit uw hand glipt kleiner wordt. Zorg er wel voor dat u de lijn ontspannen vasthoudt, want de hond voelt anders de spanning die u overbrengt via de lijn.
Elastische lijn
Dit is een lijn die voor een deel elastisch is en dus een speling heeft in de lengte. Bijvoorbeeld standaard 120 cm lang, maar uitgerekt 160 cm lang.
Het voordeel van deze lijnen voor uw hond en voor u is dat deze lijnen niet ineens strak komen te staan als de maximale lengte is bereikt. Als de hond naast de begeleider loopt en plots stopt om te snuffelen, dan komt er minder kracht van de ineens strakke lijn op de arm en schouder van de begeleider.
De hond voelt wel dat de lengte van 120 cm bereikt is en het elastische deel iets meer speling geeft en dus is deze lijn geen verstoring van het goed leren meelopen aan de lijn.
Jogginglijn
Een jogginglijn is een band die om het middel van de begeleider gaat met een lijn die zowel aan die band als aan het tuigje van de hond bevestigd wordt.
Zoals de naam al aangeeft zijn dit lijnen die vooral bedoeld is voor joggers, die samen met hun hond gaan hardlopen. Voor het normale wandelen is het gebruik van deze lijn geen goed idee. Het contact met de hond is verre van optimaal en het voelt voor de begeleider ook zeker niet prettig als de lijn strak komt te staan.
Jachtlijn
Een jachtlijn is een lijn uit één stuk met aan de ene kant een handgreep en aan de andere kant een lus. Bij de lus kunnen één of twee verschuifbare blokkades zitten. Deze zijn bedoelt om de speling is de grootte van de lus in te stellen. De lus gaat om de nek van de hond.
De jachtlijn wordt ook wel aangeduid als showlijn of trainingslijn. De lijnen gaan zo hoog mogelijk om de nek van de hond, net achter de oren en net onder de kaak. Dit geeft de begeleider controle over de kop van de hond.
Het is geen lijn om voor normale wandelingen te gebruiken. De lijn is bedoeld voor de sturing van een hond die bepaald gedrag aan de lijn vertoont. Dat kan zijn angst, vluchtgedrag, blokkades, uitvallen, enz. De begeleider kan met subtiele signalen via de jachtlijn een directe sturing aan de hond geven, die niet mogelijk is met een gewone lijn aan een tuigje of halsband.
Ook kan de jachtlijn zowel buiten als binnen gebruikt worden om een hond te corrigeren. Dit mag echter nooit met kracht gedaan worden en een correctie met een jachtlijn moet altijd zijwaarts zijn, nooit achterwaarts.
Zodra de hond op de sturing of correctie reageert, moet direct de spanning van de lijn af.
De jachtlijn kan bij ondeskundig gebruik schade aan de hond toebrengen. Ga daarom niet zelf een jachtlijn gebruiken zonder de uitleg van een hondendeskundige.
Deel 1
Lees ook het eerste deel van deze artikelen. Dat deel gaat over het gebruik van tuigjes.